Chamaedorea seifrizii

Herkomst

Yucatan en aangrenzend gebied in Mexico, Belize, Noord Guatemala en Noordoost Honduras

Minimumtemperatuur -2°C

 

Algemeen

Chamaedorea seifrizii is een populaire kamerpalm qua verzorging vergelijkbaar met Chamaedorea elegans.

De bladeren zijn echter net wat groter en de clustervormende stengels die veel weg hebben van bamboe zorgen ervoor dat hij net als enkele andere soorten uit het geslacht Chamaedorea ‘bamboepalm’ wordt genoemd.

De kleine groengele bloemen staan op korte bloemstengels langs de stam.

Voor bevruchting is zowel een mannelijke als vrouwelijke plant nodig omdat Chamaedorea’s tweehuizig zijn.

Dit betekent dat iedere plant mannelijk of vrouwelijk is en zich in de regel niet zelf kan bestuiven.

 

Habitat

Deze palm komt van nature voor in moessonbossen in midden Amerika tot een hoogte van 500 meter.

Chamaedorea seifrizii werd voor het eerst ontdekt in de omgeving van  Chichen Itza op het Mexicaanse schiereiland Yucatan wat vroeger een van de belangrijkste steden was van het Mayarijk

De palm groeit hier vaak in clusters in de ondergroei van het bos.

Grote exemplaren bereiken tot 3 meter in hoogte.

De omstandigheden zijn stabiel tropisch met variatie in droge en natte perioden.

 

In cultuur

Chamaedorea seifrizii lijkt in veel opzichten wel op zijn kleinere neefje de Chamaedorea elegans wat een van de meest verkochte kamerpalmen ter wereld is.

De seifrizii is in alles net wat groter maar nog steeds een goed handzaam formaat vergeleken met veel andere palmsoorten.

Het beste is een plekje in de halfschaduw tot gefilterd licht.

Direct zonlicht kan het beste vermeden worden.

Ondanks zijn tropische herkomst kan Chamaedorea seifrizii goed bij lagere temperaturen boven het vriespunt worden overwinterd en kan zelfs een korstondige lichte nachtvorst overleven.

 

Zaaibeschrijving

Week de zaden 2 tot 3 dagen in lauw water en ververs het water om de halve dag om schimmelvorming te voorkomen.

Neem een luchtig zaaimengsel zonder toegevoegde meststoffen. Een mix van perliet, cocopeat en grof korrelig zand in de verhouding 1/1/1 is prima.

Houd de grond licht vochtig maar zeker niet te nat en zet het zaaisel weg op een warme plek tussen de 25 en 30˚C

Kieming vindt doorgaans plaats binnen 1 tot 3 maanden.

Kieming kan vrij onregelmatig zijn en sommige zaden kunnen na vele maanden of zelfs na een paar jaar nog opkomen.

Met extra bodemwarmte zullen de meeste zaden tegelijk opkomen.

Bij lagere temperaturen zal de kieming langer op zich laten wachten en meer sporadisch zijn.